Archief

Voorwaarden toepassing korting DGA-pensioen in eigen beheer

De staatsecretaris heeft de voorwaarden gepubliceerd waaronder er een korting (afboeking) kan worden gerealiseerd op de pensioenverplichting in eigen beheer.
Ook BV’s met pensioen in eigen beheer hebben last van de crisis en te kampen met onderdekking. De staatssecretaris van Financiën publiceerde op 18 maart 2013 de voorwaarden waaronder het afstempelen (afboeken) van dit DGA-pensioen niet leidt tot fiscale gevolgen.

Probleem?
Als een directeur-grootaandeelhouder (DGA) zijn pensioen in eigen beheer prijsgeeft wordt de DGA geconfronteerd met loonheffing over de waarde van het pensioen en 20% revisierente, terwijl hij geen pensioen ontvangt. Het prijsgeven van pensioen heeft die gevolgen niet voor zover er sprake is van “niet voor verwezenlijking vatbare rechten”. Hiervan is bijvoorbeeld sprake bij faillissement, surseance van betaling of schuldsanering van de BV.
Verlagen van het DGA-pensioen in eigen beheer wordt fiscaal gezien als prijsgeven van pensioen en heeft dus dezelfde consequenties.

Minister bepaalt wanneer korting DGA-pensioen niet fiscaal bestraft wordt
Sinds 1 januari 2013 is in de Wet op de loonbelasting de bepaling opgenomen dat onder bepaalde voorwaarden het korten van pensioen niet leidt tot fiscale sancties. In het besluit vult de minister deze voorwaarden verder in.

Voorwaarden
De korting mag alleen plaatsvinden op de pensioendatum. Met  ingang van 1 januari 2013 mag de korting plaatsvinden als de vermogenspositie van de BV te laag is om op de pensioeningangsdatum de aangegane pensioenverplichtingen na te komen.
Het te lage vermogen moet zijn veroorzaakt door ondernemings- en/of beleggingsverliezen.

Tot en met 31 december 2015 mag een BV met pensioenaanspraken in eigen beheer -die op
1 januari 2013 al zijn ingegaan- eenmalig korten.

Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
a. Op de pensioeningangsdatum is sprake van een dekkingsgraad van 75% of lager. De BV moet hierbij de activa en overige passiva in aanmerking nemen tegen de waarde in het economisch verkeer en de pensioenverplichting tegen de fiscale waarde.
b. De onderdekking is veroorzaakt door (reële) ondernemings- en/of beleggingsverliezen. Er is geen onderdekking als de BV in een periode van zeven jaar voorafgaande aan de pensioen-datum dividend heeft uitgekeerd of kapitaal heeft terugbetaald.
c. De BV vermindert de pensioenaanspraken met maximaal het bedrag dat noodzakelijk is om de dekkingsgraad van de fiscale waarde van de pensioenverplichtingen op 100% te stellen.
d. Het door de vermindering van de pensioenaanspraken vrijgevallen deel van de fiscale pensioenverplichting(en) behoort tot de belastbare winst van de BV.
e. Het door de vermindering van de pensioenaanspraken vrijgevallen deel van de fiscale pensioenverplichting wordt niet gerekend tot de verkrijgingsprijs van het aanmerkelijk belang.
f. De vermindering van de pensioenaanspraken moet evenredig plaatsvinden over alle bij de BV uit te voeren pensioenregelingen die samenhangen met de aanspraken waarop de vermindering plaatsvindt. Alle pensioenaanspraken moeten met hetzelfde percentage worden verminderd.
g. Alle bij de BV betrokken pensioengerechtigden, de werkgever, het bestuur van de BV en de bij de BV betrokken aanmerkelijkbelanghouder(s) verklaren zich schriftelijk akkoord met de vermindering van de pensioenaanspraken en (voor zover hen dat aangaat) met de voorwaarden a tot en met f.
h. De onder g, genoemde personen/lichamen dienen een verzoek in bij de inspecteur, waarbij zij (voor zover hen dat aangaat) verklaren dat is voldaan aan de voorwaarden. en waaraan zij de bewijsmiddelen toevoegen waaruit dat blijkt.